Elke derde dinsdag van september worden tijdens Prinsjesdag de nieuwe kabinetsplannen gepresenteerd. Dit jaar door een demissionair kabinet. De economische situatie en vooruitblik is positief. In 2017 wordt, volgens het CPB, een economische groei van 3,3% verwacht, in 2018 een groei van 2,5%. De Nederlandse economie groeit inmiddels twaalf kwartalen op rij, de werkloosheid daalt snel en het vertrouwen van consumenten en producenten ligt op een hoog niveau.

Door de toenemende werkgelegenheid zal de werkloosheid verder dalen, naar 4,3% in 2018. Tot aan 2021 stabiliseert de werkloosheid vervolgens op 4,6% van de beroepsbevolking. Dit komt omdat de werkgelegenheid en het arbeidsaanbod tussen 2019 en 2021 ongeveer even hard groeien. In de periode 2018–2021 neemt de werkgelegenheid jaarlijks toe met gemiddeld 0,5%. In deze blog zet ik de economische beleidslijnen voor het komende jaar op één rij.

Economische focus in 2018

Het Ministerie van Economische Zaken (EZ) zet ook in 2018 de eerder ingezette lijn van vernieuwen, verduurzamen en verbinden voort. Komend jaar zal de aandacht liggen op investeringen via het topsectorenbeleid, de transitie naar een voedselbeleid, het bevorderen van ondernemerschap, de inzet op smart industry en digitalisering van de economie.

De beleidsprioriteiten van het ministerie richten zich op:

  • Nieuwe kennis- en innovatieagenda 2018-2021, waarbij de focus wordt gelegd op maatschappelijke uitdagingen.
  • De stimulering van sleuteltechnologieën.
  • Invest-NL wordt hét loket en de financieringspartner voor Nederlandse ondernemers en projecteigenaren, die op zoek zijn naar financiering voor investeringen in Nederland en uitbreiding van hun activiteiten op buitenlandse markten.
  • Het programma StartupDelta 2020 faciliteert de groei van startups en scale-ups zodat zij kunnen zorgen voor vernieuwing van de economie en het samen met OCW bevorderen van ondernemerschap vanuit de
    kennisinstellingen.
  • De verankering van ondernemerschapsonderwijs.
  • Samen met OCW, SZW, sociale partners en regionale overheden wordt uitwerking gegeven aan het Techniekpact.
  • De toegang tot vaardigheden te verbeteren door vraag en aanbod op elkaar af te stemmen via publiek-private samenwerking (onder andere NL-Groeit).
  • Het kweken van bewustwording bij relevante doelgroepen en de uitrol van de opgedane kennis op het gebied van digitalisering en robotisering door de Smart Industry naar het bedrijfsleven.
  • Het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid vooruitlopend op het nieuwe budget van de EU, het Meerjarig Financieel Kader, vanaf 2021.
  • Van minder naar betere regelgeving: Werken aan merkbare regeldruk vermindering en innovatieve regelgeving die kansen biedt voor innovatie in sectoren met belangrijke vernieuwingsopgaven.
  • Een thematische aanpak voor het vereenvoudigen van complexe en veel voorkomende gebeurtenissen in de levenscyclus van ondernemers («life events»), zoals het aannemen van personeel, bouwen of huren van een vestiging en internationaal ondernemen.
  • Het versterken van de samenhang tussen de digitale voorzieningen en ICT-standaarden van de overheid
    vanuit het perspectief van de ondernemer. Dit gaat gepaard met de wettelijke rechten en plichten voor ondernemers en overheden zoals de Verordening elektronische identiteiten en vertrouwensdiensten (eIDAS),
    de wijziging van de Handelsregisterwet (deponeren van de jaarrekening in Standard Business Reporting) en de Richtlijn e-factureren.
  • Het verduurzamen van de energievoorziening in Nederland. In het Integraal Nationaal Energie- en Klimaatplan (INEK) wordt het Nederlandse energie- en klimaatbeleid voor de periode 2021–2030 beschreven. In 2018 wordt INEK definitief en afgestemd met de Europese Commissie en de buurlanden.

Het toekomstfonds

Het Toekomstfonds heeft een startkapitaal van € 200 mln en wordt gevoed door mogelijke meevallers in de gasbaten ten opzichte van de voor het Toekomstfonds actuele ijklijn. Deze middelen worden met behoud van vermogen ingezet voor de financiering van innovatieve en snelgroeiende MKB-bedrijven en voor fundamenteel en toepassingsgericht onderzoek. Ook de begrotingsmiddelen voor het Innovatiefonds MKB+ en de
participatie van het Rijk in de Regionale Ontwikkelingsmaatschappijen (ROM’s) zijn in het Toekomstfonds ondergebracht. Voor behoud van vermogen wordt vanaf 2018 een buffer opgebouwd van in totaal € 50 mln voor de niet renderende investeringen in fundamenteel en toegepast onderzoek. De opbouw van deze buffer start in 2018 met € 5 mln per jaar.

Over de jaarlijkse voortgang van het Bedrijvenbeleid en over de indicatoren en kengetallen op dit beleidsterrein wordt uitgebreid gerapporteerd in respectievelijk de «Rapportage Bedrijvenbeleid» en de website
www.bedrijvenbeleidinbeeld.nl. De begroting geeft het overzicht van de budgettaire gevolgen van het bedrijvenbeleid.

Wil je alle plannen en de begroting van het Ministerie van Economische Zaken zelf doorlezen, klik dan hier. Heb je vragen, hoe je vanuit de regio kunt aansluiten op het landelijke beleid of hoe je zelf aan de slag gaat met de regionale economische ontwikkeling. Neem dan contact met ons op.

keyboard_arrow_up