CreativeMV https://creativemv.com/nl/ Bureau voor strategie, beleid en projecten Wed, 27 Dec 2023 11:49:59 +0000 nl-NL hourly 1 https://creativemv.com/wp-content/uploads/2016/07/cropped-favicon-32x32.png CreativeMV https://creativemv.com/nl/ 32 32 Verandering https://creativemv.com/nl/verandering/ Wed, 27 Dec 2023 11:14:57 +0000 https://creativemv.com/?p=25680 Verandering Als ik denk aan afgelopen en komend jaar dan is het woord dat in mij opkomt ‘verandering’. Verandering heeft plaatsgevonden op zoveel plekken: (geo)politiek; maatschappelijk; technologisch etc. En tegelijkertijd heeft er te weinig verandering plaatsgevonden. Dat wil zeggen is er ingegrepen om verandering op een goede manier te faciliteren. Tegengaan is lastig als de...

Het bericht Verandering verscheen eerst op CreativeMV.

]]>
Verandering

Als ik denk aan afgelopen en komend jaar dan is het woord dat in mij opkomt ‘verandering’. Verandering heeft plaatsgevonden op zoveel plekken: (geo)politiek; maatschappelijk; technologisch etc. En tegelijkertijd heeft er te weinig verandering plaatsgevonden. Dat wil zeggen is er ingegrepen om verandering op een goede manier te faciliteren. Tegengaan is lastig als de massa eenmaal in beweging is. De overheid is de afgelopen jaren te reactief geweest en heeft grote dossiers laten sudderen. De woningnood en mogelijke economische krimp is nu een probleem, doordat niet is geïnvesteerd in de infrastructuur. En op zoveel vlakken als het gaat om infrastructuur. Het piept en kraakt.

Wat piept en kraakt moet vaak opnieuw

Als ik iets heb geleerd van ICT, is dat een piepend en krakend systeem vaak leidt tot volledige herbouw. Er is te weinig op een eerder moment gedacht aan schaalbaarheid en mogelijke veranderingen die van invloed zijn op de structuur, waardoor geitenpaadjes vaak leiden tot instabiliteit. Een metafoor voor wat breder nu in Nederland aan de hand is. Meer geld is dan niet de oplossing, maar een korte termijn hulpmiddel om te versnellen en een gevoel van grip te hebben en dat je er iets aan doet. Op zo’n moment is (directe) sturing vereist. En vanuit mijn ervaring vinden medewerkers dit op zulke momenten heel fijn. Het tast niet hun gevoel van autonomie aan, het versterkt het juist. Door een duidelijke richting en kaders. Afgelopen jaar heb ik aan diverse opdrachten voor o.a. SLO en ANWB gewerkt. Bij alle opdrachten was dit thema een rode draad. Waarbij mijn aandacht ook veel is uitgegaan naar aandacht. Voor verandering is aandacht belangrijk op heel veel niveaus. Voor de uitvoering, voor het enthousiasme en creëren van draagvlak.

Afscheid nemen hoort bij verandering

Afscheid nemen hoort ook bij verandering. Dat dit lastig is zie ik dagelijks in mijn opdrachten. ‘Zo heb ik het altijd gedaan’, ‘Maar dit is wat de klant van ons verwacht, straks gaat onze nps-score omlaag’, zijn uitspraken die ik vaak hoor. Soms moet je veranderen, simpelweg door de keuzes die je hebt gemaakt, en soms is het goed om te veranderen, waardoor je beter wordt, en efficiënter en effectiever werkt. Daarbij hoort lef, monitoren van de effecten en durven te vertrouwen op keuzes, die voor de lange termijn goed zijn. De behoefte aan het snel laten zien van resultaat heb ik ook zien groeien. Enerzijds door groeiende kosten voor bedrijven, een steeds grotere concurrentie, en omdat op korte termijn behaalde resultaten afstralen op een gevoel van succes en erkenning. Echter kan dit ook een averechts effect hebben: uitputting. En als alles duurder wordt en de druk toeneemt, dan is het moeilijk om vanuit een visie te handelen. Daarom is het belangrijk dat een bestuur kritische medewerkers op dit vlak wel om zich heen houdt en laat werken als een nar voor de organisatie.

Nieuw jaar

Trots en dankbaar kijk ik terug op de projecten die CreativeMV afgelopen jaar heeft gedaan en ik verheug mij op de activiteiten voor komend jaar. Afgelopen jaar heb ik zelf ook weer afscheid genomen voor leuke, interessante organisaties en teams. Het hoort erbij, en is zelden makkelijk. Alle ervaringen en ontmoetingen gaan mee op mijn reis in de volgende opdrachten. Komend jaar is mijn opdracht voor het programma LEGO van ANWB verlengd en uitgebreid. Ik kijk ernaar uit om de ‘klus te klaren’ met aandacht voor proces en resultaat. Wat dan is het voor mij een succes.

Ik wens je een verwonderend, ondernemend en gezond 2024!

Cheers!

Het bericht Verandering verscheen eerst op CreativeMV.

]]>
Een nieuw hoofdstuk https://creativemv.com/nl/een-nieuw-hoofdstuk/ Tue, 28 Dec 2021 16:18:39 +0000 https://creativemv.com/?p=25503 Het bericht Een nieuw hoofdstuk verscheen eerst op CreativeMV.

]]>

Een nieuw hoofdstuk

Net voor de kerst las ik het boek ’84 Charing Cross Road’. Het gaat over een briefwisseling tussen scriptschrijfster Helene Hanff in New York en de medewerkers van Marks & Co, een antiquarische boekhandel op 84 Charing Cross Road in Londen in de jaren ’50. Het boek geeft een beeldende schets van die jaren, waar de eieren op en af ‘op de bon’ beschikbaar waren en mensen met weinig gelukkig waren. Schrijfster en hoofdrolspeelster Helene spreekt over de verbinding tussen mensen door boeken. Aantekeningen in een boek, omgevouwde bladzijden, het zijn volgens haar allemaal aanwijzingen van de vorige lezer en een overdracht van kennis en kunde aan jou als lezer. Dus meer dan de inhoud van het boek alleen. “Ik zal gelukkig sterven in de wetenschap dat ik het achterlaat voor iemand anders die er weer van zal houden.”

 

Half november ben ik gestart als projectleider online content voor Koninklijke Bibliotheek. Een instituut als het gaat om archivering en overdracht van kennis. En met een wettelijke taak om mensen, die minder taal-, lees- of digivaardig zijn, te helpen. Met directe ondersteuning, cursussen op locatie in de lokale bibliotheek en online voor de ontwikkeling van zogenaamde basisvaardigheden om mee te kunnen doen in de samenleving.

Laaggeletterdheid

Helaas is de laaggeletterdheid in Nederland relatief hoog. Een op de vier 15-jarigen loopt een hoog risico op laaggeletterdheid, blijkt uit de jaarlijkse ‘Staat van het Onderwijs‘ van de Inspectie van het Onderwijs. De Programme for International Student Assessment (PISA) meet elke drie jaar hoe het in de OESO-landen en partners is gesteld met de geletterdheid van 15-jarigen op drie domeinen: leesvaardigheid, wiskunde en natuurwetenschappen. Internationaal scoort Nederland op leesvaardigheid onder het gemiddelde. Ik ken het cijfer nu al een paar jaar, en elke keer ben ik ervan onder de indruk. In Nederland is 2,5 miljoen mensen van 16 jaar en ouder laaggeletterd. Tweederde van deze mensen is van Nederlandse afkomst. Sinds 2020 heeft de Rijksoverheid een Actieprogramma Tel mee met taal. Hiermee wil de overheid taalachterstand tegengaan en lezen aanmoedigen. Afgelopen jaar kwam het pas echt onder de aandacht in de media. Maar zoals vaak verdwijnt zo’n onderwerp als snel naar de achtergrond door de waan van de dag. Echter een serieus probleem, dat alle aandacht verdient.

Data van en over het onderwijs

Afgelopen vijf jaar heb ik met veel plezier gewerkt voor de PO-Raad en VO-raad, de werkgeversorganisaties voor het primair en voortgezet onderwijs. Voor deze twee organisaties heb ik samen met de business en ontwikkelteams van Vensters, informatieproducten ontwikkeld voor scholen, schoolbesturen en samenwerkingsverbanden passend onderwijs. De informatieproducten bieden sturings- en verantwoordingsinformatie aan de gebruikers. Informatie over de eigen school, het schoolbestuur en benchmarks op diverse niveaus. Zo vind je als ouder op de site scholenopdekaart.nl informatie over het schooladvies en de eindtoets. Maar ook informatie over de sociale veiligheid op school. En de site toont hoeveel onderwijstijd door een po school wordt besteed aan bijvoorbeeld lezen en rekenen.

Een andere site monitoraoj.nl, die we mede hebben ontwikkeld, biedt gecombineerde cijfers over het onderwijs en jeugdhulp voor een betere verbinding en integrale aanpak door gemeenten en samenwerkingsverbanden passend onderwijs. Echter nog lang niet alle gemeenten gebruiken data om grip te krijgen op het sociale domein. De wil is er wel, maar het ontbreekt nog aan voldoende vaardigheden en ondersteuning om datagedreven te werken.

Het gebruik van (gevisualiseerde) informatie voor inzicht en besluitvorming is niet meer weg te denken. Steeds meer organisaties realiseren zich wat ze met data analyse en data science kunnen doen. Met het doel voor het gebruik altijd als uitgangspunt.

Een nieuw hoofdstuk

Wat een bijzonder jaar was het wederom. Trots en dankbaar kijk ik terug op de projecten die CreativeMV afgelopen jaar heeft gedaan en ik verheug mij op de activiteiten voor komend jaar. Terugkijkend gaan mijn gedachten uit naar de vele ondernemers, die wederom hun zaken moesten sluiten. Elke ondernemer kent ups en downs, maar geen controle hebben over de koers van je bedrijf…dat geeft een onnatuurlijk gevoel van machteloosheid voor een ondernemer. Ik hoop dat het nieuwe kabinet opkomt voor het mkb en ondernemerschap op zichzelf koestert.

Ik wens je een verwonderend, ondernemend en gezond 2022!

Cheers!

Het bericht Een nieuw hoofdstuk verscheen eerst op CreativeMV.

]]>
CreativeMV viert 10-jarig bestaan! https://creativemv.com/nl/creativemv-viert-10-jarig-bestaan/ Mon, 18 Jan 2021 07:40:16 +0000 https://creativemv.com/?p=25147 Het bericht CreativeMV viert 10-jarig bestaan! verscheen eerst op CreativeMV.

]]>

CreativeMV viert vandaag zijn eerste decennium in het bedrijfsleven. Opgericht in Utrecht, is het bedrijf uitgegroeid tot een boutique consultancybedrijf voor strategie, beleid en programmamanagement. Veel dank aan al onze geweldige klanten, dank jullie wel voor jullie voortdurende steun en vertrouwen in ons bedrijf.

We zijn in 2011 opgericht en sindsdien bieden we in meerdere domeinen professionele diensten op het gebied van strategieontwikkeling, toekomstvisies, beleidsadvies, programmamanagement en training. De afgelopen jaren hebben we nieuwe programma’s, diensten en bedrijfsmodellen ontwikkeld en klanten geholpen bij het opbouwen van hun interne innovatie- en ondernemersvaardigheden.

Vandaag op 18 januari 2021 vieren we het 10-jarig bestaan van CreativeMV.  Aan onze klanten, ik wil jullie in het bijzonder bedanken voor de vele opdrachten gedurende de afgelopen 10 jaar. Jullie zijn cruciaal geweest voor de groei en het succes van CreativeMV in ons eerste decennium en ik kijk ernaar uit om de komende jaren met jullie samen te werken.

Cheers!

Het bericht CreativeMV viert 10-jarig bestaan! verscheen eerst op CreativeMV.

]]>
Nieuw Europees actieplan digitaal onderwijs 2021-2027 https://creativemv.com/nl/nieuw-europees-actieplan-digitaal-onderwijs-2021-2027/ Fri, 02 Oct 2020 13:51:22 +0000 https://creativemv.com/?p=25002 Het bericht Nieuw Europees actieplan digitaal onderwijs 2021-2027 verscheen eerst op CreativeMV.

]]>

Onderwijs kent net als de rest van de maatschappij een sterke digitalisering, wat alleen maar versterkt is sinds het uitbreken van de coronacrisis. In 2018 was er al een eerste actieplan rond digitaal onderwijs, dat nu een opvolger heeft. In dit nieuwe plan ‘Digital Education Action Plan 2021-2027  wordt een reeks initiatieven voorgesteld voor hoogwaardig, inclusief en toegankelijk digitaal onderwijs in Europa. Drie zaken krijgen prioriteit:

  1. Bevordering van de ontwikkeling van een goed presterend digitaal onderwijsecosysteem.
  2. Verbeteren van de digitale vaardigheden en competenties voor het digitale tijdperk.
  3. De oprichting van een Europees centrum voor digitaal onderwijs.

Digitaal onderwijsecosysteem

Het bevorderen van hoogwaardig en inclusief digitaal onderwijs moet een gezamenlijke inspanning van de hele samenleving zijn. Overheden, onderwijs- en opleidingsinstellingen, de particuliere sector en het publiek moeten allemaal bij dit streven worden betrokken om een hoogwaardig digitaal onderwijsecosysteem te ontwikkelen. Beleidsmaatregelen die relevant zijn voor digitaal onderwijs moeten beter op elkaar worden afgestemd en de EU kan op alle niveaus een bijdrage leveren aan deze werkzaamheden.

Om deze strategische prioriteit te bereiken moet worden ingezet op: 

  1. Infrastructuur, connectiviteit en digitale apparatuur voor digitaal onderwijs.
  2. Planning en ontwikkeling van digitale mogelijkheden, door het identificeren van lacunes en zorgen dat de organisatie ook meekan.
  3. Opleiden van digitaal competente en -vertrouwde lesgevers.
  4. Hoogwaardige inhoud via gebruiksvriendelijke instrumenten op veilige platforms, met inachtneming van de privacy en ethische normen.

Volgende acties worden voor bovenstaande doelen op poten gezet: 

  • Een strategische dialoog met de lidstaten opstarten om succesvol digitaal onderwijs te vergemakkelijken.
  • Aanbevelingen doen voor online-/afstandsonderwijs in het basis- en middelbaar onderwijs.
  • Een Europees kader voor digitale onderwijsinhoud ontwikkelen en de haalbaarheid van een Europees uitwisselingsplatform voor het delen van gecertificeerde online hulpbronnen en het koppelen van bestaande platforms controleren.
  • Een Connectivity4Schools-initiatief opstarten en de lidstaten aanmoedigen om gebruik te maken van EU-steun voor breedband, internettoegang en digitale instrumenten zoals SELFIE voor leerkrachten.
  • Ethische richtsnoeren ontwikkelen voor kunstmatige intelligentie (AI) en gegevensgebruik in het onderwijs en het leren en onderzoek- en innovatieactiviteiten in het kader van Horizon Europe ondersteunen.

Digitale vaardigheden en competenties

Een veranderende samenleving en de overgang naar een groene en digitale economie vereisen solide digitale competenties. Het stimuleren van digitale vaardigheden op alle niveaus helpt de groei en innovatie te vergroten en een eerlijker, meer samenhangende, duurzame en inclusieve samenleving op te bouwen. Digitale vaardigheden en het verwerven van digitale vaardigheden kunnen mensen van alle leeftijden in staat stellen veerkrachtiger te zijn, de deelname aan het democratische leven te verbeteren en veilig online te blijven.

De concrete acties van de EU zijn:

  • Het ontwikkelen van richtsnoeren om de digitale geletterdheid te bevorderen en desinformatie te bestrijden.
  • AI en digitale vaardigheden opnemen in het Europees kader voor digitale competentie en de ontwikkeling van AI-leermiddelen voor aanbieders van onderwijs en opleiding ondersteunen.
  • Een Europees certificaat voor digitale vaardigheden ontwikkelen dat door overheden, werkgevers en andere belanghebbenden in heel Europa wordt erkend.
  • Aanbevelingen doen om het aanbod van digitale vaardigheden te verbeteren en een EU-doelstelling voor digitale competentie van studenten invoeren.
  • De ontwikkeling van geavanceerde digitale vaardigheden bevorderen en stages voor digitale vaardigheden opschalen en ten slotte de deelname van vrouwen aan bèta/techniek aanmoedigen.

Europees centrum voor digitaal onderwijs

Dit centrum zal als een denktank fungeren en volgende taken uitvoeren:

  • Een netwerk van nationale adviesdiensten opzetten om zo goede praktijken te delen. Dit netwerk gaat via nationale en regionale initiatieven te combineren met de private sector, het maatschappelijk middenveld en het werkveld.
  • Monitoring van de uitvoering van dit actieplan en inzetten op empirisch bewijsmateriaal en peer learning.
  • Ondersteuning van sector overschrijdende samenwerking en nieuwe modellen voor de naadloze uitwisseling van digitale leerinhoud opzetten.
  • Ondersteuning van de behendige ontwikkeling van beleid en praktijk door een “think-and-do-tank” voor digitaal onderwijs te zijn.

 

Ga naar de factsheet van het actieplan.

Het bericht Nieuw Europees actieplan digitaal onderwijs 2021-2027 verscheen eerst op CreativeMV.

]]>
Clusterbeleid voor stimuleren ondernemerschap en groei https://creativemv.com/nl/clusterbeleid-voor-stimuleren-ondernemerschap-en-groei/ Sat, 27 Jul 2019 09:13:45 +0000 http://creativemv.com/?p=13138 Het bericht Clusterbeleid voor stimuleren ondernemerschap en groei verscheen eerst op CreativeMV.

]]>

Hoe draagt clusterbeleid bij aan ondernemerschap en de groei en vernieuwing van bedrijven? Dat is de centrale vraag, die vorig jaar is geagendeerd door 25 Europese landen. Clusterbeleid op zichzelf is niet nieuw (Porter besprak het al in 1998), echter de optimale werking en de effectiviteit is nog steeds niet onderbouwd. Op 22 februari 2018 kwamen vertegenwoordigers van 25 EU-landen bijeen tijdens de Industriedag in Brussel. De bijeenkomst spitste zich toe op modern clusterbeleid, met name het gebruik van clusters voor het stimuleren van industriële verandering en groei. Er zijn mogelijkheden om te leren van ‘best practices’, maar er is ook nog veel kennisverzameling en ‑uitwisseling nodig voordat clusterbeleid een goed werkend instrument is.

Wat zijn clusters?

Clusters zijn groepen gespecialiseerde ondernemingen – vaak MKB-bedrijven – en andere gerelateerde ondersteunende actoren die nauw samenwerken op een bepaalde locatie. Door samen te werken, kunnen MKB-bedrijven innovatiever zijn, meer banen creëren en meer internationale handelsmerken en octrooien registreren dan zij alleen zouden doen.

Het concept cluster werd ontwikkeld door Michael Porter en wordt door hem beschreven in zijn boek “The Competitive Advantage of Nations” (1998). Doordat er in een bepaald gebied, dat zo groot kan zijn als een stad, een regio of zelfs een groep landen, een bepaalde groep bedrijven is gevestigd, heeft het extra voordeel voor andere bedrijven om zich ook in dit gebied te vestigen. Dit komt doordat zij gebruikmaken van dezelfde leveranciers en dezelfde klanten, binnen een bepaald gebied. Dit worden externe economische voordelen genoemd. Ook kan een bepaald bedrijf profiteren van de werknemers in een gebied met een specifieke kennis die ook voor zijn bedrijf relevant is. Doordat deze werknemers zo nu en dan van bedrijf wisselen ontstaat er een dynamiek van innovatie.

De juiste rol van de overheid is volgens Porter als katalysator en uitdager; het is om bedrijven aan te moedigen – of zelfs te pushen – om hun ambities te verhogen en naar hogere niveaus van concurrentieprestaties te gaan, hoewel dit proces onaangenaam en moeilijk kan zijn. De overheid kan geen concurrerende industrieën creëren; dit kunnen alleen bedrijven. De overheid speelt een rol die inherent partieel is, en die alleen slaagt wanneer ze samenwerkt met gunstige onderliggende omstandigheden.

Is Porters’ clustertheorie nog relevant?

Het is de vraag of Porter’s aanpak nog steeds relevant is. Ik denk van wel. Er zijn critici, die zeggen dat de behoefte van de consument belangrijker voor vernieuwing is geworden dan de concurrentie. Ik denk dat beiden van toepassing is. Ook concurrentie daagt nog steeds uit en biedt inzicht in trends, op elk niveau. Ook Porter erkende al de beïnvloeding van omgevingsfactoren vanuit alle richtingen. Dus ook vanuit andere sectoren. Differentiatie komt voort uit de zogenaamde ‘purpose’ van een bedrijf en is nog steeds een van de drie elementen van het businessmodel van een bedrijf. Alleen de mate van differentiatie maakt uit voor de strategie en het uiteindelijke niveau van disruptie en de creatie van nieuwe markten.

De focus vanuit beleidsmakers en traditionele bedrijven zit wel nog steeds op groei. Op groei in werkgelegenheid, macht, opbrengsten. In de traditionele aanpak is groei (door fusies, overnames en uitbreiding) de strategie om te overleven. Bedrijven moeten in dat geval. Nadeel hiervan is de flexibiliteit en wendbaarheid van het bedrijf. Helemaal in een snel veranderende omgeving. Kleinere, efficiënt (agile) georganiseerde bedrijven gericht op een niche in de markt, werken samen met meerdere partners om groei te bewerkstelligen. Zij zijn veel beter in staat om snel en proactief in te spelen op de ontwikkelingen en de behoeften in de markt. Ze toetsen en reageren vroegtijdig en zijn daardoor winstgevender. Zij zijn de bedrijven van de toekomst.

In 2015 heeft Porter een nieuw model ‘Social Progress Index‘ voor een inclusieve economie geïntroduceerd. Beleid alleen gericht op het Bruto Nationaal Product is volgens hem te beperkt voor een voortdurende economische groei. Een welvarende economie is succesvol in welvaart en welzijn. Dit betekent investeren in basisbehoeften, (toegang tot) onderwijs en de ontwikkeling van vaardigheden, goede zorgvoorzieningen, een duurzame omgeving en kansen voor iedereen.

Clusterbeleid in de EU

Het clusterbeleid in EU-landen bevindt zich in zeer verschillende ontwikkelingsstadia. Ondanks deze verschillen erkenden alle landen het belang van versterking van de nationale industriële ecosystemen door clustergestuurde groei. Veel voorkomende problemen zijn het bereiken van een kritische massa in sommige sectoren en de coördinatie tussen de nationale en regionale niveaus.

De landen willen met de samenwerking op clusterbeleid het volgende bereiken:

  • Betere inzet van clusters ter ondersteuning van ondernemerschap en schaalvergroting van het MKB.
  • Bevordering van clusterinternationalisatie – strategische clustersamenwerking gebruiken om clusters en hun leden te helpen internationaal te gaan.
  • De impact van staatssteunprogramma’s op clusters.
  • Cluster excellentie – ondersteuning van capaciteitsopbouw en professionalisering van clusterbeheer (incl. Erasmus voor clusterbeheerders).

Op dit moment zijn er zo’n 3043 sterke clusters in Europa. Zij zijn verantwoordelijk voor 54 miljoen banen. Aangezien deze bedrijven gemiddeld voor meer werkgelegenheid en hogere lonen zorgen dan andere bedrijven, wordt de inzet op clusterbeleid door Europa vergroot. Het EU Cluster Portal biedt hulpmiddelen en informatie over Europese initiatieven, acties en evenementen voor clusters en hun MKB-bedrijven met als doel meer clusters van wereldklasse in de hele EU te creëren.

Het bericht Clusterbeleid voor stimuleren ondernemerschap en groei verscheen eerst op CreativeMV.

]]>
Koppeling industrie en diensten bepaalt crisisgevoeligheid van regio’s https://creativemv.com/nl/koppeling-industrie-en-diensten-bepaalt-crisisgevoeligheid-van-regios/ Sat, 29 Jun 2019 18:04:01 +0000 https://creativemv.com/?p=23975 Het bericht Koppeling industrie en diensten bepaalt crisisgevoeligheid van regio’s verscheen eerst op CreativeMV.

]]>

Sterkte innovatiesysteem bepaalt crisisgevoeligheid van regio’s

Innovatie heeft de werkgelegenheid ondersteund, zowel tijdens de economische neergang als in de nasleep ervan. De meest veerkrachtige regio’s zijn regio’s met een sterke prestatie in de drie geanalyseerde intellectuele eigendomsrechten (IPR’s); octrooien, handelsmerken en ontwerp. Regionale innovatiesystemen die technologie-intensieve innovatie in de industrie koppelen aan een sterke dienstenintensieve sector zijn het beste uit de economische crisis gekomen, constateert een rapport ‘How to survive an economic crisis’ (2019) van het JRC. De verschillen tussen Europese regio’s zijn zo de laatste jaren groter geworden. Hierbij gaat het niet automatisch om verschillen tussen Oost- en West-Europa. Ook in Oost-Europa zijn er regio’s die hun innovatieprestaties voortdurend hebben verbeterd en daardoor economisch beter presteren.

Innovatieproces is veranderd

Het rapport gaat in op twee belangrijke verschijnselen, die de Europese cohesie vandaag de dag in gevaar brengt. De eerste is het onderstreepte proces van structurele verandering dat de hele wereldeconomie het afgelopen decennium heeft gekenmerkt, aangedreven door technologische verandering en internationale integratie.

De tweede is de Grote Depressie die in 2008 van start ging. De economische systemen in de meeste ontwikkelde landen hebben een grote overgang ondergaan van een economisch paradigma, dat zich concentreert op de productiesector in combinatie met de Fordistische productiewijze als motor van productiviteit, innovatie en het scheppen van banen, naar een op service gebaseerde economie georganiseerd rond flexibele specialisatie en snel aanpassende innovatieprocessen.

In de Schumpeteriaanse wereld, geschetst in ‘Capitalism, Socialism and Democracy’ (1942), waren grote bedrijven de motor achter technologische innovatie, ontwikkeld in grote R & D-laboratoria. De weg is echter nu geëffend voor de opkomst van flexibele en lean organisaties, die leren en innoveren door te vertrouwen op een aantal van verschillende bronnen, zowel intern als extern van het bedrijf (Chesbrough et al., 2008; Freeman, 1998; Lundvall, 1998). De generatie van wetenschap als de motor van technologische innovatie heeft ook grote veranderingen ondergaan, waarbij ze van het zogenaamde lineaire model van innovatie zijn overgestapt op complexere en interactievere productiewijzen (Archibugi en Filippetti, 2015; Gibbons et al., 1994; Leydesdorff en Etzkowitz, 1996; Rosenberg, 1994; Stokes, 1997).

Concurrentievermogen van regio’s

Dit proces van structurele verandering werd tegelijkertijd beïnvloed en versterkt door een grotere internationale integratie. In het nieuwe globaliseringsparadigma vindt het grootste deel van de grensoverschrijdende circulatie van goederen en kennis plaats binnen de wereldwijde waardeketens van grote transnationale bedrijven, die de ruimte internationaal opzoeken naar de meest geschikte locatie voor hun productie van goederen en kennis. Als gevolg hiervan zijn de bronnen van economische ontwikkeling van regio’s, steden en perifere gebieden opmerkelijk veranderd.

Het bouwen van infrastructuren en het pompen van overheidsgeld is niet langer een uitvoerbaar beleid. De convergentie van de arbeidsproductiviteit in de Europese landen en regio’s is in feite voornamelijk aangestuurd door middel van accumulatie van vast kapitaal; daarentegen zijn achterblijvende regio’s er niet in geslaagd hun technologiekloof met de meer geavanceerde regio’s te dichten (Filippetti en Peyrache, 2015, 2013).

De zoektocht naar het concurrentievermogen van plaatsen heeft de nadruk gelegd op de behoefte aan meer op maat gesneden beleid dat het endogene proces van economische groei zou kunnen bevorderen. Deze accentverschuiving is goed zichtbaar in het cohesiebeleid, dat steeds meer aandacht heeft gekregen, tot een beleid gericht op immateriële investeringsvormen, zoals innovatie, menselijk kapitaal, clusterbeleid, bedrijfstak-universiteitsverbanden en, meer recentelijk, een nadruk op instellingen.

De ‘bottomline’ van deze beleidsverschuiving is de algemene nadruk op het zogenaamde plaatsgebonden beleid (Barca et al., 2012). Een recent rapport opgesteld voor de Europese Commissie betoogt dat, aangezien “regionale economische divergentie een bedreiging is geworden voor de economische vooruitgang, sociale cohesie en politieke stabiliteit in Europa”, het nodig is om verschillend ontwikkelingsbeleid te ontwikkelen afhankelijk van het type regio.

Wat maakt een regio veerkrachtig?

In een wereld die wordt gekenmerkt door snelle en voortdurende verandering, is het vermogen van het regionale economische systeem om exogene schokken te beheersen steeds meer een aandachtspunt voor beleidsmakers. De huidige prangende vraag is dus: wat maakt een regio meer (of minder) veerkrachtig? De kern van de vraag is of het beter is om een ​​economische crisis het hoofd te bieden als een regio sterk gespecialiseerd is, of door een zekere mate van variëteit in de industriële structuur te hebben. Het argument is dat in het laatste geval regionale economische systemen beter gepositioneerd zijn om zich aan te passen en af ​​te stappen van industrieën en sectoren, die getroffen zijn door de crisis, in meer winstgevende sectoren.

Dit rapport introduceert in dit debat de rol van innovatie als een bron van regionale veerkracht. Ze baseren hun hypothesen op een argument van Schumpeter lang geleden in een artikel, dat relatief verwaarloosd is vergeleken met de andere werken van de Oostenrijkse econoom. In zijn artikel “Het creatieve antwoord in de geschiedenis” maakt Schumpeter een belangrijk onderscheid over de manier waarop economieën reageren op wat we vandaag zouden kunnen omschrijven als exogene verandering, en dat  door Schumpeter werd gedefinieerd als een “verandering in de gegevens”.

Schumpeter maakte onderscheid tussen adaptieve respons en creatieve respons. De eerste is een reactie op een verandering “zoals de traditionele theorie beschrijft”; dit is een vorm van verandering die van tevoren kan worden voorspeld aan de hand van de huidige economische theorieën. Een creatieve reactie daarentegen is wanneer “de economie of een bedrijfstak of sommige bedrijven in een sector iets anders doen, iets dat buiten het bereik van de bestaande praktijk valt”. Volgens Schumpeter heeft de creatieve reactie drie kenmerken. Ten eerste kan het alleen achteraf worden begrepen. Ten tweede vormt het economische pad zich op de lange termijn. Ten derde heeft het iets te maken met het niveau van menselijk kapitaal en zijn gedrag, vooral het gedrag van de ondernemers.

Meetindicatoren voor het innovatieprofiel

Het onderzoek baseert haar bevindingen op het onderzoeken van drie meetindicatoren: patenten, handelsmerken en ontwerpen. Octrooien kunnen worden geïnterpreteerd als een indicator van technologische innovatie, handelsmerken als een indicator van innovatie in de kennisintensieve dienstverlening (KIBS) en ontwerpregistraties als een indicator van innovatie in middelgrote en low-tech industrieën in de productiesector. Een regio met betere octrooiprestaties in vergelijking met andere is meer gericht op technologische ontwikkeling en kan als hightech worden beschouwd; omgekeerd is een relatief sterkere regio in het handelsmerk meer gericht op de ‘zachte’ kennis dan op de technologische.

In eerdere blogs heb ik kanttekeningen geplaatst bij rankings van landen op basis van dit soort indicatoren, echter door de toepassing in dit onderzoek, kan dit deze keer in een ander licht worden gezien. Ze hebben in dit onderzoek gekeken naar de correlatie tussen de indicatoren.

In de periode 2007-2016 is er een kwalitatieve omvorming geweest in de innovatieprofielen van Europese regio’s. Er is een algemene trend naar voren gekomen die bevestigt dat veel regio’s uit centraal en oost-Europa hun relatieve prestaties hebben behaald voor alle drie de indicatoren van innovatie. Dit suggereert een algemene trend van deze landen om hun innovatieactiviteit te verbeteren, zowel met betrekking tot technologische innovatie, diensteninnovatie en ontwerpgerichte innovatie. Naast deze algemene convergentietrend verschijnt er ook een ander kwalitatief patroon. Er is een aanzienlijk aantal regio’s die hun scores in de ene indicator hebben verbeterd en in een andere zijn afgenomen. Een proces van servitization van de economie is ook van invloed op de onderliggende innovatie-activiteiten van de regio’s, die als gevolg daarvan doorgaans sterker innoveren dan de kennisintensieve sector.

Het rapport onderzoekt ook in hoeverre innovatie bijdraagt ​​aan het veerkrachtiger maken van Europese regio’s door te kijken naar de rol van innovatie op de regionale werkgelegenheidsprestaties tijdens de economische recessie 2009-2010 (weerstand) en hun vermogen tot herstel in de nasleep van de crisis tijdens de periode 2010-2016 (reactie). De resultaten tonen het gebrek aan duidelijke geografische patronen van zowel resistentie als reactie, afgezien van een algemeen gebrek aan reactievermogen in de regio’s uit het zuiden van Europa. Innovatie heeft de werkgelegenheid helpen ondersteunen, zowel tijdens de economische neergang als in de nasleep ervan. Met name de meest veerkrachtige regio’s zijn regio’s met een sterke prestatie op het gebied van octrooien, handelsmerken en ontwerp. Dit suggereert een aantal comparatieve voordelen voor die regionale innovatiesystemen die technologie-intensieve innovatie in productie combineren met een sterke service-intensieve sector.

Het bericht Koppeling industrie en diensten bepaalt crisisgevoeligheid van regio’s verscheen eerst op CreativeMV.

]]>
Cultuurbeleid 2021-2024: cultuur voor iedereen https://creativemv.com/nl/cultuurbeleid-2021-2024-cultuur-voor-iedereen/ Wed, 12 Jun 2019 07:45:10 +0000 https://creativemv.com/?p=24080 Het bericht Cultuurbeleid 2021-2024: cultuur voor iedereen verscheen eerst op CreativeMV.

]]>

Minister Van Engelshoven: “Cultuur verrijkt. Het verdiept ons gevoelsleven, het maakt onze samenleving hechter en stimuleert bedrijvigheid. En het heeft natuurlijk waarde in zichzelf.”

Daarom schrijft de minister in haar brief: “De culturele basisinfrastructuur moet het beste bevatten dat het culturele leven te bieden heeft. We koesteren de orkesten, theaters en dansgezelschappen die geweldige kwaliteit leveren. Daarnaast moeten nieuwe vormen, andere genres en nieuw publiek er een plaats in krijgen. Ook is het belangrijk dat kunstenaars een eerlijke beloning ontvangen voor hun inspanningen.”

De nieuwe uitgangspunten worden gebruikt voor de samenstelling van de basisinfrastructuur. Dat zijn de culturele instellingen die een directe subsidie van het rijk ontvangen. Minister Van Engelshoven is tot haar visie gekomen na het advies van de Raad voor Cultuur en vele gesprekken met makers, instellingen en bestuurders.

Eerlijke beloning

In de komende periode moeten instellingen de Fair Practice Code onderschrijven. Door de Fair Practice Code als subsidievoorwaarde op te nemen, moeten instellingen zich houden aan afspraken die in de sector zijn gemaakt over eerlijk loon, zoals de cao en honoreringsrichtlijnen. Provincies en gemeentes delen dit uitgangspunt, zodat eerlijke beloning de norm wordt in de culturele sector.

Daarnaast wordt geïnvesteerd in maatregelen die de verdienmogelijkheden van de sector vergroten. Zo komt er een structurele voorziening voor professionele ontwikkeling.

Cultuureducatie

Ook kiest de minister voor cultuuronderwijs. Het programma Cultuureducatie met kwaliteit wordt doorgezet. Bovendien ontvangen alle deelnemende gemeenten in de periode 2021-2024 hetzelfde bedrag per leerling. De minister investeert in goed cultuuronderwijs. Ze stelt extra geld beschikbaar gesteld voor filmonderwijs, museumbezoek door scholieren, muziekonderwijs en leesbevordering.

In de curriculumherziening is kunst en cultuur één van de leergebieden die tot het curriculum gaat behoren. Het streven is de Tweede Kamer in 2021 een voorstel voor geactualiseerde onderwijsdoelen te sturen. Van Engelshoven kiest voor integraal cultuuronderwijs en geef niet langer voorrang aan bepaalde kunstdisciplines, zoals muziekonderwijs.

Samenwerking regio’s

In de nieuwe cultuurperiode wordt intensief samengewerkt met de stedelijke regio’s. Er komt onder andere een matchingsregeling met regio’s om overal in Nederland culturele innovatie te stimuleren. Rijk en regio investeren samen in jonge initiatieven, die zo hun plannen tot bloei kunnen laten komen.

Professionalisering en ondernemerschap

Van Engelshoven kiest in 2020 voor een eenmalige investering van € 15 miljoen voor een structurele voorziening voor permanente professionele ontwikkeling. Deze richt zich op mensen die in de culturele en creatieve sector werken. In de periode 2021-2024 investeert de minister hierin jaarlijks € 1 miljoen. Van Engelshoven creëert een plek in de basisinfrastructuur voor een bovensectorale ondersteunende instelling op het gebied van professionalisering en ondernemerschap. Ze zet hiervoor de middelen in die nu op projectbasis beschikbaar zijn. De instelling heeft als taak om onafhankelijke informatie te geven over financiering, ondernemerschap en besturen. De instelling dient goed in te spelen op de behoefte van het veld, collectieve vertegenwoordigers, opleidingen en financiers en op het platform voor professionele ontwikkeling dat de sector ontwikkelt.

Een eigen inkomsteneis veroorzaakt bij instellingen een grote administratieve lastendruk. Omdat de eigen inkomsten van instellingen de afgelopen jaren zijn gestegen en daarmee de praktische betekenis van de eigeninkomstennorm afneemt, schaft Van Engelshoven deze af. “Ik blijf een goede bedrijfsvoering en diverse financieringsmix belangrijk vinden. Ik geef dit als een beoordelingscriterium mee aan de Raad voor Cultuur. Toepassing van de Fair practice code is een subsidievoorwaarde”.

Het bericht Cultuurbeleid 2021-2024: cultuur voor iedereen verscheen eerst op CreativeMV.

]]>
Nederland uit top vijf concurrentieranglijst https://creativemv.com/nl/nederland-uit-top-vijf-concurrentieranglijst/ Wed, 29 May 2019 09:41:00 +0000 https://creativemv.com/?p=24009 Het bericht Nederland uit top vijf concurrentieranglijst verscheen eerst op CreativeMV.

]]>

De internationale concurrentiepositie van Nederland is het afgelopen jaar verslechterd. Nederland zakte van de vierde naar de zesde plek op de IMD World Competitiveness Index, die landen beoordeelt op de concurrentiekracht van hun economie. Singapore is voor het eerst sinds 2010 opnieuw de meest concurrentiële economie ter wereld en niet langer de VS.

IMD World Competitiveness Ranking

In een sterk onderling verbonden en snel veranderende wereld worden economieën beïnvloed door kwesties als reserveringen over globalisering tot scepsis over automatisering, van de uitdaging van duurzaamheid tot implementatie. Niet alle economieën benaderen deze problemen op dezelfde manier.

Economen beschouwen concurrentievermogen als essentieel voor de gezondheid op lange termijn van de economie van een land, omdat het bedrijven in staat stelt duurzame groei te bereiken, banen te creëren en uiteindelijk het welzijn van de burgers te vergroten. Concurrentievermogen biedt het kader om de uitkomst van het omgaan met deze uitdagingen te kwantificeren vanuit het perspectief van een land. Uiteindelijk kunnen we de factoren herkennen die welvaart mogelijk maken.

De IMD World Competitiveness Rankings, opgericht in 1989, bevatten 235 indicatoren van elk van de 63 gerangschikte economieën. De ranglijst houdt rekening met een breed scala aan ‘harde’ statistieken zoals werkloosheid, bbp en overheidsuitgaven voor gezondheid en onderwijs, evenals ‘zachte’ gegevens van een enquête over het uitvoerend advies over onderwerpen als sociale cohesie, globalisering en corruptie.

Deze informatie is onderverdeeld in vier categorieën – economische prestaties, infrastructuur, efficiëntie van de overheid en bedrijfsefficiëntie – om een eindscore te geven voor elk land. Er is geen uniforme oplossing voor het concurrentievermogen, maar de best presterende landen scoren meestal goed in alle vier de categorieën.

Weerslag economische onzekerheid

Volgens de opstellers van het rapport had de economische onzekerheid zijn weerslag op de concurrentiepositie van landen in onder meer Europa. Dat had onder meer te maken met “verschuivingen in het internationale politieke landschap” en de handelsoorlog. Dat zorgde er ook voor dat de Verenigde Staten zijn toppositie moest afstaan aan Singapore. De VS zakten weg naar de derde plaats, onder meer door de schommelingen van de dollar, de hogere brandstofprijzen en de zwakkere export van hightechproducten. Singapore klom van de derde naar de eerste plek, onder andere door de geavanceerde technologische infrastructuur. Hongkong staat tweede.

Ook opvallend is dat de Verenigde Arabische Emiraten na een gestage klim de eerste keer de top vijf van de ranglijst binnendringen. In 2016 stond het land nog op de 15de plaats. Het scoort nu erg goed voor productiviteit, digitale transformatie en ondernemerschap.

Concurrentiepositie Nederland

Nederland staat in 2019 op de zesde plek in de algehele ranking van 63 landen. We zijn twee plaatsen gezakt ten opzichte van 2018. De daling heeft met name te maken met een daling in onze economische prestaties (van plek 6 naar 13). Het rapport laat 15 afnames en 15 verbeteringen zien in de prestaties van de economie. Afnames zijn bijvoorbeeld de afname van de groei van het BNP, stijging van consumentenprijsinflatie en leefkosten. Onze (jeugd)werkloosheid daarentegen is gedaald, export van goederen en diensten is gestegen, tevens het aantal patentaanvragen.

Volgens de respondenten zijn de vijf meest attractieve factoren van Nederland: het onderwijsaanbod, vaardige medewerkers, betrouwbare infrastructuur, politieke stabiliteit en voorspelbaarheid, en de open en positieve attitude.

Nederland scoort goed op ‘Business efficiency’. Deze categorie meet hoe innovatief, winstgevend en verantwoordelijk bedrijven zijn in elk land. We zijn gestegen van de zesde naar de vierde plaats in de categorie. In de andere categorieën vallen we buiten de top 5.

Het bericht Nederland uit top vijf concurrentieranglijst verscheen eerst op CreativeMV.

]]>
Nationale digitaliseringsstrategieën nog volop in ontwikkeling https://creativemv.com/nl/nationale-digitaliseringsstrategieen-nog-volop-in-ontwikkeling/ https://creativemv.com/nl/nationale-digitaliseringsstrategieen-nog-volop-in-ontwikkeling/#comments Thu, 16 May 2019 11:36:03 +0000 https://creativemv.com/?p=23940 Het bericht Nationale digitaliseringsstrategieën nog volop in ontwikkeling verscheen eerst op CreativeMV.

]]>

De meeste OESO-landen hebben een nationale digitale strategie ontwikkeld of zijn deze aan het ontwikkelen ter voorbereiding op de digitale transformatie. De invulling die wordt gegeven aan deze strategieën verschilt echter per land. Sommige landen hebben industrieel beleid ontwikkeld (als onderdeel van WTI-strategieën of als afzonderlijke strategie) ter ondersteuning van bedrijfsinnovatie, soms gericht op specifieke technologische gebieden of sectoren (vaak, maar niet uitsluitend in de industrie). Dit blijkt uit het rapport ‘The digital innovation policy landscape in 2019‘ van OESO*, waarin zij een algemeen overzicht geven van de beleidstrends rondom digitale innovatie. In dit rapport worden ook vier soorten specifieke beleidsinitiatieven geformuleerd die landen hebben om zich voor te bereiden op de digitale transformatie.

Redenen voor innovatiebeleid in het digitale tijdperk

Innovatie is een belangrijke motor voor groei en welzijn: het draagt bij tot het verbeteren van de productiviteit en het concurrentievermogen van het bedrijfsleven, het stimuleren van het creëren van banen en het aanpakken van sociale en ecologische uitdagingen. Beleid ter bevordering van innovatie is geïmplementeerd als reactie op een aantal ‘mislukkingen’, zoals onvoldoende knowhow, marktfalen, belemmeringen voor innovatieve ondernemers, en ontbreken van de juiste voorwaarden, die innovatie-ecosystemen beïnvloeden. En die mogelijk leiden tot minder innovatie dan wenselijk zou zijn vanuit een maatschappelijk perspectief.Innovatiebeleid ter ondersteuning van bedrijven, publiek onderzoek en de koppeling tussen wetenschap en industrie in de context van digitale transformatie kan een belangrijke rol spelen bij het aanpakken van deze belemmeringen

Trends in beleid en strategie

Digitale transformatie is een proces dat fundamentele veranderingen teweegbrengt in economische en sociale stelsels en in toenemende mate doordringt in alle sectoren van de economie en de sociale sectoren. De beleidsbenadering ‘systeeminnovatie’ kan dus een aantal inzichten bieden voor het denken over innovatiebeleid in het digitale tijdperk, gericht op ondersteuning van innovatie en een inclusieve en duurzame ontwikkeling. De volgende trends worden beschreven:

    • Het ontwikkelen van evenwichtige en goed op elkaar afgestemde beleidsmixen.
    • Het betrekken van belangrijke belanghebbenden en burgers bij beleidsvormingsprocessen.
    • Bevordering van sectoroverschrijdende samenwerking voor innovatie.
    • Versterking van beleidsinformatie.
    • Het aanpassen van beleid aan de verschillende stadia van de technologie en de volwassenheid van de markt en de bedrijven zelf.
Beleidsstrategieën gericht op digitalisering en kunstmatige intelligentie

OESO heeft gekeken naar de beleidsstrategieën gericht op de digitale transformatie en kunstmatige intelligentie (KI), gericht op wetenschap, technologie en innovatie en gericht op de industrie. Duidelijk wordt dat steeds meer landen beleid ontwikkelen voor KI, die variëren van specifieke actieplannen naar toekomstvisies. Verder blijkt dat digitalisering ook steeds vaker in industrieel beleid wordt opgenomen (Industry 4.0).

Daarnaast laat het rapport zien dat landen specifiek beleid implementeren om te zorgen dat de innovatie in hun land wordt voorbereid op de digitale transformatie. Daarbij zijn er vier soorten beleid geïdentificeerd:

  1. Beleid dat gericht is op het gebruik van digitale technologieën en dat een ieder ook gebruik kan maken van deze technologieën.
  2. Beleid dat gericht is op samenwerking tussen universiteiten, onderzoeksinstellingen, bedrijven en andere actoren om digitale innovaties mogelijk te maken.
  3. Beleid dat gericht is op het ondersteunen van onderzoek en innovatie in digitale technologieën.
  4. Beleid dat gericht is op het ondersteunen van bedrijven of kleine ondernemingen die actief zijn in het digitale domein.

In het rapport wordt per beleidslijn voorbeelden van landen genoemd, op welke wijze ze invulling geven aan het beleid. Beleidslijn vier, gericht op de ondersteuning van bedrijven, wordt bijvoorbeeld uitgesplitst naar de focus van landen op een van de volgende doelstellingen:

  • Ondersteuning van groeiversnelling van net gestarte bedrijven.
  • Ondersteuning van bedrijfsontwikkeling in diverse levensfases van een bedrijf.
  • Versterking van de reputatie van het ecosysteem voor digitale start-ups.
  • Verbetering van de verbindingen met het bredere innovatie-ecosysteem.
  • De toegang tot financiering vergemakkelijken.

* De Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) (Engels: Organisation for Economic Cooperation and Development OECD) is een samenwerkingsverband van 36 landen om sociaal en economisch beleid te bespreken, te bestuderen en te coördineren. De aangesloten landen proberen gezamenlijke problemen op te lossen en trachten internationaal beleid af te stemmen.

Het bericht Nationale digitaliseringsstrategieën nog volop in ontwikkeling verscheen eerst op CreativeMV.

]]>
https://creativemv.com/nl/nationale-digitaliseringsstrategieen-nog-volop-in-ontwikkeling/feed/ 1
Ondernemende universiteiten nog ver weg https://creativemv.com/nl/ondernemende-universiteiten-nog-ver-weg/ Fri, 10 May 2019 08:23:23 +0000 https://creativemv.com/?p=23936 Het bericht Ondernemende universiteiten nog ver weg verscheen eerst op CreativeMV.

]]>

Europese onderzoeksuniversiteiten moeten zich inzetten om een ondernemerscultuur onder hun studenten en personeel te creëren, aldus de League of European Research Universities (LERU*) in het adviesrapport ‘Student entrepreneurship at research-intensive universities. From a peripheral activity towards a new mainstream(2019).

Onderzoeksuniversiteiten hoeven zelf niet ondernemend te worden, maar moeten zich bewust zijn van hun rol in het ontwikkelen van ecosystemen waarin ondernemers kunnen floreren. Dit kan bijvoorbeeld door het creëren van een omgeving waarin bottom-up initiatieven worden aangemoedigd en studenten van verschillende disciplines samen aan projecten kunnen deelnemen. Daarnaast zal ondernemerschap breder gedragen worden als het onderdeel gaat uitmaken van onderwijsprogramma’s; op de Universiteit Utrecht wordt bijvoorbeeld een honours vak over ondernemerschap aangeboden.

Nog meerdere obstakels voor ondernemerschap op de universiteit

Er zijn een aantal knelpunten die voorkomen dat ondernemerschap echt deel uitmaakt van de universiteitscultuur. Eén van deze knelpunten is bijvoorbeeld het feit dat de term ondernemerschap nog niet alle studenten en personeelsleden aanspreekt, wat verholpen kan worden door de term in combinatie met woorden als initiatief, nieuwsgierigheid en creativiteit te gebruiken. Daarnaast ontbreekt het universiteiten nog aan methodes om het ondernemerschap van studenten te beoordelen.

European Innovation Council

In een soortgelijk rapport ‘The Role of Universities in Regional Innovation Ecosystems’ (2019) stelde de European Universities Association dat universiteiten, het bedrijfsleven en de overheid steeds afhankelijker van elkaar raken door nauwere samenwerking op het gebied van onderzoek & innovatie. De Europese Unie wil onder Horizon Europe ondernemerschap en innovatie meer gaan stimuleren door het introduceren van de European Innovation Council.

Er wordt ruim 2 miljard euro beschikbaar gesteld voor de laatste twee jaar van de European Innovation Council (EIC) pilot. De 2 miljard euro financiering wordt gebruikt om projecten in verschillende onderdelen van de innovatieketen te ondersteunen. In de pilot voor de jaren 2019-2020 zijn gerichte calls geïntroduceerd voor ‘pathfinder’ projecten op het gebied van Future and Emerging Technologies en voor projecten in de ‘accelerator’ fase is er gemengde financiering mogelijk gemaakt door het combineren van eigenvermogensinstrumenten en beurzen.

Hoe meet je de impact op innovatie-ecosysteem?

Hoe meet je als universiteit je impact op regionale innovatie-ecosystemen? De Europese Commissie heeft een raamwerk ontwikkeld voor hoe het meten van de impact van universiteiten op regionale innovatie ecosystemen eruit zou kunnen zien. Aan de hand van de resultaten uit onderzoeken gebaseerd op dit ‘Regional Innovation Impact assessment Framework for Universities‘, kunnen gerichte financieringssystemen worden ontwikkeld om de impact van universiteiten te optimaliseren. Hoe het raamwerk er exact uit gaat zien, is afhankelijk van regionale, nationale of Europese instrumenten en regelgeving.

Het rapport geeft een aantal impactcategorieën en verwante indicatoren aan de hand waarvan universiteiten een studie kunnen ontwikkelen over hun contributie aan het regionale innovatie-ecosysteem.

De vier impact categorieën die genoemd worden in het rapport zijn:

  • Onderwijs en het ontwikkelen van menselijk kapitaal.
  • Onderzoek, technologische vooruitgang, kennisoverdracht en commercialisatie.
  • Ondernemerschap en het ondersteunen van ondernemingen.
  • Regionale oriëntatie, strategische ontwikkeling en kennisinfrastructuren.

De rol van de universiteit in de EU verandert door steeds nauwere samenwerking met het bedrijfsleven en de overheid op het gebied van onderzoek & innovatie. Universiteiten functioneren steeds meer als innovation hubs waar onderzoekers, ondernemers en ambtenaren elkaar kunnen ontmoeten op de campus en samen kunnen werken aan innovatieprojecten. De veranderende rol van de universiteit staat beschreven in het rapport The Role of Universities in Regional Innovation Ecosystems gepubliceerd door de European University Association (EUA). Zij waarschuwen in dit rapport voor een ondermijnend effect op innovatie door financiering vanuit het bedrijfsleven. Volgens EUA ondersteunt het bedrijfsleven namelijk vaak toegepast onderzoek waarvan de resultaten vermarkt kunnen worden, terwijl de overheid ook fundamenteel onderzoek stimuleert. Ook bestaat er angst dat verdere vermenging met bedrijven tot belangenverstrengeling zal leiden.

* LERU is een netwerk van 23 Europese onderzoeksintensieve universiteiten. Vanuit Nederland zijn de Universiteit van Amsterdam, de Universiteit Utrecht en de Universiteit Leiden aangesloten.

Het bericht Ondernemende universiteiten nog ver weg verscheen eerst op CreativeMV.

]]>